Auteur: Jan Cadee Met dank aan de Kring Vrienden van 's-Hertogenbosch |
Als men vandaag de dag door de Minderbroedersstraat loopt, ziet men niets meer terug van de oude bebouwing. Anno 1959. Foto: Stadsarchief, nr. 0002016
De Minderbroedersstraat werd in de vorige eeuw door de Bosschenaren ook wel ‘Het Beddenstraatje’ genoemd. Men kon hier zowel nieuwe, als gebruikte bedden kopen. Ook kon men er (gebruikte) kleding aanschaffen en eventueel huren. Zo was er het Mantelhuis, waar onder andere rouwmantels werden verhuurd die gedragen werden bij het begraven van familie en dierbaren. Het Mantelhuis werd eind 19e eeuw gesloten en in 1913 afgebroken. Vanaf 1860 moesten namelijk de doden buiten de bebouwde kom worden begraven en maar weinigen konden het opbrengen om met een begrafenis mee te gaan naar de veraf gelegen begraafplaats in, jawel Orthen. Het kopen van tweedehands kleding was niet zonder risico. Zo werd door de Bossche geneesheer Walkart gewaarschuwd dat deze kleding de oorzaak was van een groot aantal ziekten dat de stad kende. Walkart meende dat deze kleding vaak met ziektekiemen besmet was, zodat ‘de Menschen aan de Longenteering kwijnende en uitdrooging onder den gemeenen Man moeten gezocht worden’. Een van de bekendste winkeliers in de Minderbroedersstraat was Antoon Boelens, kleermaker, beddenhandelaar en later winkelier in confectie. Zijn winkel was gevestigd op de hoek van de Minderbroedersstraat en Doode Nieuwstraat van het huidige pand V&D-Etos-Perry Sport. De naam van de winkel was ‘De Trouw’. De zaak werd in 1945 opgeheven en in 1957 gesloopt. Als men vandaag de dag door de Minderbroedersstraat loopt, ziet men niets meer terug van de oude bebouwing. Alleen op het plein is in de bestrating nog iets van het oude klooster terug te vinden.